O1 De leerling gebruikt actief zijn zintuigen om een object, onderwerp of gebeurtenis te verkennen.
O2 De leerling experimenteert met verschillende materialen, technieken en begrippen.
O3 De leerling verkent emoties, ervaringen en ideeën van zichzelf en anderen.
O4 De leerling stelt vragen aan zichzelf en zijn omgeving.
O5 De leerling verzamelt, selecteert en maakt kritische gebruik van verschillende bronnen.