Duur: ongeveer 20 minuten
Werkvorm: klassikaal
Beoogde indicator: O5 De leerling verzamelt, selecteert en maakt kritisch gebruik van verschillende bronnen.
Benodigdheden: 10 erfgoedvoorwerpen (oud speelgoed, leitje, Mariabeeldje, carnavalssjaal van het dorp, wasbord, ganzenveer, etc.)
Voordat de leerlingen binnenkwamen, had ik de voorwerpen op verschillende plekken in de klas gezet. Na de kring vroeg ik wat hen opviel in de klas. Van alles werd genoemd, en leerlingen mochten dat dan pakken (ook als het een ander voorwerp was dan dat ik had klaargezet) en in het midden leggen.
We hadden 27 objecten liggen. Hoe kun je ze sorteren? Bijvoorbeeld op kleur, op grootte, ed. Welke horen dan bij elkaar? Op welke plek zou je het gebruiken?
Elke keer legden we de voorwerpen weer in andere groepjes neer en maakte ik een foto van de groepjes. Uiteindelijk mocht iedereen zijn/haar voorwerp op een plek in de klas zetten waar het volgens die leerling hoorde.